Toespraak Conchita Monsma-Scholten, 28 april 2012
Dames en heren,
Ik ben een kleindochter van Johan Schotten, die hier in Fort De Bilt op 16 april 1945 is gefusilleerd, drie weken voor de bevrijding. Dit is de eerste keer dat wij, mijn moeder en ik, bij deze herdenking zijn. Mijn moeder kreeg nog niet zo lang geleden een doos met foto’s en brieven van haar moeder over haar vader, mijn opa.
Als klein meisje heeft mijn moeder zeven jaar lang, twee keer per week, met haar moeder het graf van mijn opa bezocht. Toen mijn oma hertrouwde aan het eind van die periode, ging het boek over mijn moeders echte vader dicht. Er werd niet meer over gesproken en ook was er geen bezoek meer aan zijn graf.
Het houdt mijn moeder bezig tot de dag van vandaag. Ze is nog steeds op zoek naar antwoorden over het hoe en waarom. In de doos zat een briefje en een foto van mijn opa. Op de achterkant van de foto staat een tekst die ik wil voorlezen omdat die mij diep raakte. Eerst het briefje.
Nu de achterkant van de foto.
‘Vergeet mij niet’. Een zin die dieper gaat dan alle tekst in boeken. Universeel, altijd geldig en voor ieder mens waar! Niemand wil vergeten worden, toen niet en nu niet.